De band van het Nederlandse vorstenhuis en Scouting bestaat al bijna honderd jaar.
Prins Hendrik
In 1914, bij het begin van de eerste wereldoorlog kwam prins Hendrik op een bijzondere manier in aanraking met de Padvinders. Als voorzitter van het Nederlandse Rode Kruis kreeg hij te maken met een grote stroom Belgische vluchtelingen die, verjaagd door het optrekkende Duitse leger, het neutrale Nederland binnen kwamen. Bij de opvang speelden de Padvinders en Padvindsters een grote rol. Ze stelden hun clubhuizen open, droegen bagage, regelden voedsel en hulpmaterialen, pasten op kleine kinderen, enzovoort. De prins bracht de verschillende verenigingen van Padvinders in 1915 bij elkaar in één nationale vereniging, De Nederlandsche Padvinders (NPV). Hijzelf werd benoemd tot beschermheer en was zeer actief. Hij bezocht in padvindersuniform vele plaatselijke afdelingen, kocht een gebouw voor het nationaal hoofdkwartier, liet tenten maken en stelde die gratis ter beschikking, kortom, hij was een ideale vriend voor de vereniging.
Koningin Wilhelmina
Toen prins Hendrik in 1934 overleed nam Koningin Wilhelmina de taak van de prins over en werd beschermvrouwe van de Padvinders. Zij was in 1937 ook beschermvrouwe van de Wereld Jamboree. Bij de opening droeg zij op haar hoed prins Hendrik's gouden padvindersinsigne. In 1938 vormden de Katholieke Verkenners een zelfstandige vereniging naast de neutrale NPV. Als overkoepeling van beide organisaties werd de Nationale Padvindersraad (NPR) opgericht. Koningin Wilhelmina werd beschermvrouwe van dit nieuwe samenwerkingsverband. De koningin bleef in functie tot haar aftreden in 1948.
Koningin Juliana
Als klein meisje was prinses Juliana al vele malen aanwezig bij officiële contacten van haar ouders met de Padvinders en Padvindsters. Zelf bracht zij verschillende malen bezoeken aan de Padvindsters en in 1936, bij het 20-jarig bestaan van het Nederlandsche Padvindsters Gilde (NPG), werd zij beschermvrouwe van deze vereniging. Begin 1940 verscheen de prinses voor het eerst in uniform en in 1949, toen zij inmiddels koningin was en haar dochters lid waren van de vereniging, voor het eerst opnieuw bij de opening van het Padvindsters buitencentrum Buitenzorg in Baarn. In 1966 werd aan hare majesteit de hoogste padvindsters onderscheiding, de Zilvervis, uitgereikt. Ook na haar aftreden als koningin bleef de prinses geïnteresseerd. Zo opende zij o.a. in 1973 het nieuwe Landelijke Bureau van Scouting Nederland in Amersfoort. Van een officieel afscheid wilde de prinses niet weten. Zij bleef ook de nieuwe vereniging trouw. Bij de padvindsters werd koningin Juliana MoVaVeDo genoemd: MOeder-VAn-VEle-DOchters.
Prins Bernhard
Toen Koningin Wilhelmina in 1937 voor de tweede maal op bezoek kwam bij de Wereld Jamboree in Vogelenzang, nam zij haar schoonzoon Bernhard mee. De prins werd enthousiast gemaakt voor Scouting door de Zweedse kroonprins Gustaaf Adolf, die voorzitter was van de wereldorganisatie van Scouts. Chief Scout Baden-Powell vroeg prins Bernhard om de toen 73-jarige Nederlandse hoofdverkenner Rambonnet op te volgen en de leiding te nemen van de Nederlandse scouts.
Begin 1938 kwam de prins in functie. In Padvindersuniform installeerde hij de NPR, de Nationale Padvindersraad, werd zelf voorzitter en kreeg de titel Koninklijk Commissaris.
Tijdens de tweede wereldoorlog hield hij in Engeland contact met de uitgeweken Nederlanders, verenigd in de TVNP, de Tijdelijke Vereniging van Nederlandse Padvinders, en met de Britse Boy Scouts. Na de oorlog nam de prins zijn vroegere functies weer op zich en was aanwezig op vele grote en kleinere bijeenkomsten van de beide verenigingen van Padvinders en Verkenners. Bij zijn 25-jarig jubileum als Padvinder kreeg de prins de hoogste padvinders onderscheiding, de zilveren Vlaamse gaai, uitgereikt. Het spreekt dat hij een aparte belangstelling had voor de Luchtverkenners. In 1986 waren het de Luchtverkenners die met een grote demonstratie in de paleistuin in Soestdijk afscheid namen van hun Koninklijk Commissaris, die bijna een halve eeuw actief was.
De vier prinsessen
Alle vier de prinsessen waren lid van het Nederlands Padvindsters Gilde. Ze begonnen als kleine kabouters in een eigen clubhuis in de paleistuin, (een verbouwd kippenhok!). In 1946 werd Beatrix geïnstalleerd, in 1947 Irene, in 1951 Margriet en in 1955 Marijke. De twee oudste prinsessen werden later Waterpadvindster; de andere twee Padvindster. Het was een prachtige manier om tussen leeftijdgenootjes op stap te gaan en te kamperen. Juist om dat zo ongemerkt mogelijk te kunnen doen is er nooit veel ruchtbaarheid aan gegeven. Daarom hier geen 'wapenfeiten', alleen de vaststelling dat ze alle vier veel plezier beleefden aan Scouting.
Koningin Beatrix opende de Wereld Jamboree, die in 1995 in Dronten werd gehouden, met een herinnering aan haar grootmoeder, die in 1937 dezelfde taak had vervuld.
Prins Claus
Toen in 1973 de vier vroegere verenigingen van Padvinders, Padvindsters, Verkenners en Gidsen samengegaan waren in Scouting Nederland, bleven de banden met het Oranjehuis in stand. In 1981 werd prins Claus beschermheer en hij gaf aan deze taak een moderne invulling. Hij bezocht nationale, regionale en lokale evenementen, weliswaar niet in uniform, maar vol belangstelling.
Prinses Maxima
In 2005 kwam het bericht dat prinses Maxima de nieuwe beschermvrouwe zal zijn van Scouting Nederland. Zij treedt, als tiende lid van de familie, in een traditie van bijna een eeuw. Vanaf 2006 is zij actief voor de vereniging, hopelijk met veel succes en gedurende vele jaren.
Andere landen
Ook in andere landen hadden koningshuizen belangstelling voor Scouting. Hierbij een kleine selectie van vorsten, vorstinnen, prinsessen en prinsen in uniform.